“ …Lieverd, je hoeft jouw menselijkheid toch niet te verdedigen?’’ Haar stem klinkt rustig terwijl ze vervolgt: “ Misschien kun je hier een blog over schrijven. Over professionaliteit en menselijkheid. ’’
Ik kalmeer en voel dat dit inderdaad is wat ik aan het doen ben. Mijn menselijkheid verdedigen en mezelf onderuithalen. “…zie je, ik doe het niet goed en ik ben niet professioneel genoeg.” (nog net niet het woordje prutser erbij) Fijn om mijn compagnon, Sharon, even te spreken. Een paar minuten geleden heb ik haar gebeld. Een stortvloed van tranen en helemaal over de rooie. Trigger; Een professional had me met felle lading aangesproken over een te late terugkoppeling. Op dat moment zat ik in de auto, op weg om een jonge vrouw haar ID-bewijs terug te brengen.
Twee dagen daarvoor was ik getuige van de geboorte van haar kindje. Ruim zeven maanden geleden hebben we elkaar voor het eerst ontmoet. Ze was aangemeld voor traumabehandeling. Al gauw bleek dat ze meer behoefte had aan mentale en praktische ondersteuning dan gerichte traumatherapie. Vanuit hetgeen dat mij o.a. is aangereikt tijdens de lezingen en verdiepingsdagen van Anna Verwaal, heb ik haar begeleiding geboden. Familie van deze vrouw woont niet om de hoek en in haar woonplaats heeft ze geen sociale contacten. Dus heb ik mijn netwerk ingezet om te helpen met praktische zaken. Soms doe je wat nodig is en moet je handelen. Menselijke ondersteuning en aandacht. Dat is ieder mens waardig.
Regelmatig spreek ik vrouwen die tijdens hun zwangerschappen en bevallingen, er min of meer alleen hebben voorgestaan. Een van deze vrouwen vertelde mij dat ze na de geboorte van haar tweede kindje, geboren via een keizersnede, z.s.m. met haar baby met de taxi naar huis is gegaan om bij haar zoontje te kunnen zijn. Niemand die haar thuis opwachtte.
Door haar verhaal vroeg ik me af hoe het voor mijn moeder is geweest. Als 17-jarige, bevallen in het ziekenhuis. Behalve mijn vader, de verloskundige en verplegend personeel, mocht er niemand bij zijn. Zo vertelde mijn moeder een aantal jaren geleden. We namen op dat moment een vragenlijst door. Dit in kader van de verdiepingsdagen van Anna Verwaal. Mijn vader, toentertijd een 18-jarige jongeman, was tijdens mijn geboorte afwezig. Dus los van de aanwezige professionals, was mijn moeder alleen tijdens haar bevalling. Zonder partner, haar moeder of andere naasten. Alleen haar tante, bij wie ze tijdens haar zwangerschap verbleef, zal vermoedelijk ergens in het ziekenhuis hebben gewacht. Vorig jaar heb ik voor mijn Human Design analyse, mijn geboorteakte opgevraagd. Op de akte staat dat mijn geboorte is aangegeven door een verpleegster. Even stond ik hierbij stil en riep dit vragen op. Vragen die niet meer beantwoord zullen worden door mijn moeder die inmiddels overleden is.
Synchroniciteit is mij niet onbekend in het leven. Het is geen toeval dat de jonge vrouw, ongepland zwanger (net zoals mijn moeder ongepland in verwachting van mij was), op mijn pad kwam. Of ik op haar pad, net hoe je het wilt zien. Toen ze vroeg of ik haar tijdens haar bevalling wilde ondersteunen, heb ik hier geen seconde over nagedacht.
En zo geschiedde twee weken geleden. Ik stond die dag aan de zijlijn. Aanwezig voor mentale en praktische ondersteuning waarbij ik de verloskundigen en verpleegkundigen in hun aanwijzingen heb gevolgd, afstemmend op de behoefte van de aankomende moeder. Een paar uur voor de bevalling vroeg ze of ik de geboorte van haar kindje wilde aangeven.
Twee dagen later haalde ik haar ID-bewijs op om naar afdeling Burgerzaken te gaan voor de aangifte. Door de enthousiaste reactie van de beambte, drong bij me door dat ik iets speciaals kwam doen. Aangifte van een pasgeboren baby. In een flits zag ik mijn geboorteakte voor me en besefte ik pas deels de impact van dit alles. Teruggekomen bij moeder en baby om haar ID-bewijs terug te geven, was ik vlak daarvoor ergens in een afsplitsing geraakt. Tijdens het telefoontje met de professional in de auto, was ik mijn koers verloren. Dit omdat ik me op dat moment begaf op kwetsbaar gebied in mijn innerlijke landschap. Zonder dat het haar bedoeling was, kwam het gesprek bij mij hard binnen. Even was ik uit het veld geslagen, plopte oude programmeringen op en wilde ik niet meer het veld in. Tijdens het gesprek later die middag met Sharon, viel alles weer op z’n plek. Ik hoefde mezelf als professional en bovenal als mens, helemaal niet in twijfel te trekken. Op dat moment voelde ik dat ik weer in lijn was met wie ik ben, wat ik doe en welk pad ik volg in het veld waarin ik werkzaam ben.
Diezelfde week ging ik naar de jaartraining Transcultureel Systemisch Werken van Hilbrand Westra. Enigszins herpakt maar toch nog gefragmenteerd, arriveerde ik in de trainingsruimte. Tijdens de incheckronde bracht ik het thema professionaliteit en menselijkheid in. Nu pas kon ik de emoties ervaren waarvan ik was afgesplitst. Hier kwam het besef hoe bijzonder het was om bij een geboorte te zijn. Hier kon ik pas echt mijn geraaktheid voelen. Ergens wist ik al die tijd dat de afsplitsing te maken had met de omstandigheden rondom de zwangerschap van mijn moeder, mijn geboorte en blijkbaar de aangifte hiervan. Nu was er ruimte om te voelen. Hier met gelijkgestemden, die net als ik de training volgen om verder te ontwikkelen. Vakverdieping en persoonlijke verdieping. Hilbrand startte met het theoretische gedeelte. Hij begon te praten, legde uit en in een fractie van een seconde bewoog mijn systeem van fragmentatie naar één geheel. De materie resoneerde dusdanig dat al mijn gefragmenteerde delen onmiddellijk in elkaar klikten. Helderheid loste vertroebeling op en vanuit mijn diepste zijn wist ik: ‘’Hier gaat over, dit is waarmee ik mezelf voed zodat ik mijn koers kan blijven varen. In één rechte lijn, zonder moeite, zonder na te denken. Moeiteloze beweging vanuit een flow.’’
En soms stormt het in het leven en zit er iets of iemand in ons vaarwater. We raken gedesoriënteerd en gaan dan tegen onze levensstroom in. Totdat we weer afstemmen op de frequentie van volmaaktheid. Tijdens de trainings-dag ontdekte ik dat ik ergens nog ben afgesplitst van mijn eerste levensjaren. Hier heb ik mijn innerlijk werk te doen. Voor mezelf en voor het werk dat ik doe als therapeut. Immers je werkt vanuit de laag/ verdieping waar je jezelf als mens bevindt.
Een week na de ‘’aanvaring’’ met de professional, had ik een afspraak met haar op locatie van een van mijn opdrachtgevers. In rustig vaarwater vonden elkaar tijdens warme overdracht van een casus. De professional deelde aansluitend haar persoonlijke verhaal. We keken elkaar aan. In haar ogen zag ik de bezieling voor haar werk. Ik was geraakt door haar veerkracht en snapte haar missie in haar werk met jongeren. Een mooie uitwisseling over onze vakgebieden. Ons werk dat letterlijk gaat over leven en dood. Anders gezegd; over geboorte en sterven en alles wat hiertussen zit; mensenlevens. Ons werk betreft mensenlevens. Ons werk treft mensen. Dit vereist naar mijns inziens een enorme zorgvuldigheid en transparantie. De professional zei tijdens onze uitwisseling, dat ze soms nog last had van het stemmetje dat zegt dat ze het niet goed genoeg doet. Ik glimlachte en zei dat dit stemmetje in mij, genadeloos toesloeg toen ik haar die week daarvoor aan de telefoon had. We bedankten elkaar voor dit open gesprek.
Terwijl we ons gesprek afrondden, kwam een jong gezin met een kinderwagen de ruimte in. In de wagen zat een klein kindje met een brede lach en stralende ogen. Aangestoken door deze vrolijkheid groetten wij het kleine kindje in de wagen. “Vanessa?’’ De vader van het kindje sprak me aan. Ik keek op en herkende hem. Hij stak zijn hand uit: ‘’ Dat is lang geleden. Wat leuk om je te zien.’’ Terwijl we elkaar aankeken gaf ik hem een hand: “ Eens gelijks!’’ Het jonge gezin moest plaatsnemen voor hun afspraak en ik moest ook verder. Terwijl ik de ruimte verliet, keken we elkaar nog even aan: ‘’ Echt goed om je te zien!’’ Waarop ik antwoordde: “Ja, goed om je weer eens te zien!’’ Een korte ontmoeting na 18 jaar. Wederom synchroniciteit. Ik had de professional vlak daarvoor nog verteld over een jongerenproject dat ik ooit gedraaid heb. De vader was toentertijd één van de deelnemers.
Professionaliteit en menselijkheid. Voor mij betekent dit dat we onszelf als professional blijven ontwikkelen. Door middel van opleidingen, trainingen, intervisies en leertherapie. Of we nu werkzaam zijn in de zorg, het Sociaal Domein, onderwijs, politiek etc. Van (levens)belang is dat we bewust blijven van onze traumabiografie en hierbij bereid zijn om ons innerlijk werk te doen. Dat we onderscheidingsvermogen ontwikkelen zodat we herkennen wanneer we vanuit trauma of overleving reageren en wanneer vanuit ons gezonde deel. Alleen zo kunnen we zo zuiver mogelijk ons werk doen. En wat betreft mezelf; Ja toentertijd tijdens het jongerenproject werkte ik vanuit mijn hart en nu nog steeds. Ik doe mijn werk vanuit liefde. En soms vraagt een situatie menselijke i.p.v. professionele inzet. Dan handel je naar wat nodig is. De moeder en haar baby zijn omarmd door mijn gezin. Voor mij is iets, wat het dan ook precies wezen mag, rond. Toen ik een jaar geleden de naam van de voor mij onbekende aangeefster op mijn geboorteakte las, had ik nooit kunnen bedenken dat ik een jaar later een geboorte zou aangeven. Als professional of gewoon als Vanessa? Het doet er niet toe. Tenslotte we zijn allemaal mens en is niets menselijks ons vreemd.
Vanessa Hermens, 5 maart 2023